Voortplanting, voorlichting en vorming

Wat door de generatie van vóór de seksuele voorlichting weinig beseft wordt, is dat de inhoud van de voorlichting de afgelopen 10 jaar radicaal veranderd is.

Bij ‘seksuele voorlichting’ denken ouders aan wat ze zelf in de tweede klas van de middelbare school bij het vak biologie gehad hebben.

In mijn geval – het Johan van Oldenbarnevelt Gymnasium in Amersfoort rond 1980 – ging dat ongeveer als volgt:
We kregen een droge uitleg hoe de voortplanting werkte. Geslachtsgemeenschap, ejaculatie, zaadcel, eicel, conceptie, zwangerschap, saai, saai, saai. Er werd wat gegiecheld (meisjes), er werden wat onhandige grappen gemaakt (jongens) en dat was het. Het werd goed opgenomen, want de pubers waren er klaar voor.

Maar daar heeft de huidige voorlichting, los van het feit dat het niet aan pubers van 14, maar aan kinderen van 8 tot 12 wordt gegeven, niets te maken. Net zoals Nieuw Links na de overname van de Vrijzinnig Protestantse Radio Omroep in 1974 er bewust voor koos om de naam niet te veranderen, bijvoorbeeld in “Nieuwe Linkse Radio Omroep”, maar om de adjectieven ‘vrijzinnig’ en ‘protestants’ ter meerdere eer en glorie van de misleiding van de luisteraar te handhaven, zo hebben de apostelen van de seksuele verderving ervoor gekozen om het woord ‘voorlichting’ te handhaven.

De huidige ‘seksuele voorlichting’ beschrijft echter niet voortplanting, niet hoe kinderen worden verwekt en geboren, maar instrueert het gebruik van een condoom, het voorkomen van ongewenste zwangerschappen, bescherming tegen soa’s, het verschijnsel menstruatie, hoe je maandverbandjes, inlegkruisjes en tampons moet gebruiken, wat een natte droom is, wie er een grote leuter heeft en wie een kleine, het haar op en de omvang van de schaamlippen van de poes, et cetera. Er worden filmpjes vertoond van een roodharig meisje dat over een piemel peinst, die in de vorm van een stripballon in beeld gebracht wordt, van een meisje met een lip-piercing die een jongen tongzoent, en van een babyboomer die voor de klas die uitlegt wat een stijve piemel is.

Dokter Corrie doet op een skelet voor hoe je moet tongzoenen en gilt: “Piemel, piemel, piemel!”

Maar voordat u rustig kunt oversteken – let op: er kan nog een trein komen – komt achter de seksuele voorlichting de ‘seksuele vorming’ te voorschijn, het eigenlijke doel van de hele pedofiele exercitie.

Daar wordt aan de kinderen uitgelegd over neuken, vingeren, beffen, pijpen, aftrekken, klaarkomen, anaal, et cetera.

Lieve kinderen, je kunt ook in de aars of in de mond komen.

Seksuele vorming direct invoeren was natuurlijk niet gelukt, daarom is het gegaan via het opstapje van seksuele voorlichting. Als je een kind uitlegt wat menstruatie is, moet je het immers ook uitleggen wat pijpen en beffen is niet?

Heer, vernietig hen. Heer, vernietig hen, die onze kinderen trachten te verderven.

In de Orwelliaanse cultuur, waarin Nederland is afgezonken, betekent ‘seksuele vorming’ in werkelijkheid ‘seksuele misvorming’. Want de onderwijsporno brengt niet alleen schade toe aan de emotionele ontwikkeling van de kinderen, maar ook aan hun affectieve en seksuele ontwikkeling. In het gunstigste geval zullen ze bij hun ontmaagding moeten terugdenken aan meester Theo of juf Merel, die hen hebben voorbereid op dit bijzondere moment. In werkelijkheid zijn ze meestal zo geschokt door de porno, dat ze een breuk van vertrouwen ervaren in het gezag van leerkrachten, en een gevoel van schending van hun intieme wereld.

Er is bovendien een verband tussen de pedofilisering van de Nederlandse maatschappij en de radicalisering van Nederlandse moslims.

Als dit zo doorgaat, zou ik het begrijpen – in de rechtse betekenis van ‘begrijpen’, niet in de linkse betekenis van ‘goedpraten’ – als mijn Turkse vrienden Mustafa en Musa terug de moskee in zouden vluchten. Dat zou ik ook doen, als ik hen was.

Mustafa heeft zijn kinderen naar een katholieke school gestuurd, omdat hij de best mogelijke opleiding voor zijn kinderen wilde. Ik heb zijn dochter behoed voor blijven zitten, doordat ik had ontdekt dat ze tussen twee kleppende jongens in zat en de juf niet goed verstond. Ze was het stille, maar intelligente type. Tja, moeilijk om dat te herkennen in een Turks meisje, althans voor een politiek correcte linkse troela die voor de klas staat en die Turkse leerlingen ziet als leden van een zielige minderheid, in plaats van als individuen met een buitenlandse achtergrond die graag succesvol willen zijn in hun nieuwe vaderland.

Mustafa vroeg of zijn dochter ergens anders kon zitten, maar de juf was zo beledigd dat het drie weken moest duren en Mustafa rood moest aanlopen, voordat zijn dochter voorin mocht gaan zitten. In no time haalde de slimme meid vervolgens de achterstand in en ging alsnog over naar de volgende klas. Daar haalde ze vervolgens de beste cijfers, met name voor talen.

Mustafa is een gematigde moslim. Hij is eigenlijk helemaal geen moslim, maar in de eerste plaats gewoon Mustafa, in de tweede plaats een man met een vanzelfsprekend eergevoel, in de derde plaats Nederlander, in de vierde plaats Turk en in de vijfde plaats iemand met een gematigde islamitisch geloofsovertuiging.

Maar wat moet hij, en wat moeten duizenden andere Turkse ouders, als hun kinderen op school met het ver voortgeschreden morele verderf van de Nederlandse cultuur geconfronteerd worden?

Integreren?

Mustafa is gematigd, hij heeft een innerlijke wijsheid en zal alle beproevingen doorstaan, maar er zijn talrijke andere moslims die zo walgen van het verderf van het Westen, dat ze liever radicaliseren dan accepteren, wat de gepedofiliseerde Nederlandse maatschappij van hen vraagt.

En ik begrijp elk van hen.

2 gedachten over “Voortplanting, voorlichting en vorming”

  1. Beste Michiel,

    Een schot in de roos !
    Begrijpelijk, dat de twee miljoen moslims in Nederland
    walgen van de “seksuele voorlichting” aan hun kinderen
    op de Nederlandse scholen, waar de 300.000 “onderwijzers” steeds minder wijs zijn geworden, omdat ze op de Sociale Academies zijn misvormd in hun denken door “Nieuw Links” uit 1966. Ook D666 ontstond in 1966…
    Als door een verandering van denken (1966) bij een fanatiek groepje, de hele samenleving is gaan schuiven, kan het omgekeerde ook plaats vinden. Dus dienen we te blijven zoeken naar sterke krachten, die eenmaal onder woorden gebracht, de samenleving weer terug kunnen brengen naar het niveau van gezond denken. M.vr.gr. Hans

    1. Beste Hans,

      Dank je voor je hartverwarmende reactie. Je voelt haarfijn aan wat er mist in Nederland. Ongemerkt is het onzichtbare weefsel van de maatschappij ondergraven. Nederland is tussen 1970 en 1980 bijna geheel ontkerkelijkt: van 80% tot 20% kerkbezoek. Als mensen de van buitenaf opgelegde christelijke moraal afwijzen, moeten ze die vervangen door een innerlijke geloofsovertuiging. Doen ze dat niet, dan vallen ze in een afgrond. Het joodse volk wordt daardoor behoed, doordat het een collectief geheugen heeft, en vanuit dat geheugen weet dat het alleen heeft overleefd door herhaald ingrijpen van de Allerhoogste. Anders was het joodse volk al lang door zijn vijanden uitgewist. Maar dat is niet gebeurd. Het christendom heeft echter universele pretenties. Als christenen dus hun geloof verliezen, vallen ze in een afgrond, want er is geen collectief geheugen of gezond verstand, dat hen daarvan kan behoeden. Sjabbat sjalom, Michiel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *